Meneer knobbelzwaan zag een leuke mevrouw knobbelzwaan in een groene weide staan hij dacht: laat ik een poging wagen ik ga haar ten huwelijk vragen……………………..
Maar mevrouw was daarvan niet gediend ik smeer hem beste vriend.
Elk jaar zien we in Nederland overwinterende parelduikers, meestal langs de kust. Soms zitten ze ook in het binnenland. Er zit al een paar dagen een parelduiker in de jachthaven van de Eemhof. Dat is fijn, want dan zwemt hij tenminste af en toe lekker dichtbij. Vandaag heb ik een paar mooie foto’s kunnen maken van deze buitenlandse gast.
Op mijn libellenpagina staat een artikel over de invloed van warmte en droogte op de libellenstand in het Leersumse Veld. Maar dit geldt voor veel natuurgebieden in het zuiden en oosten van Nederland, met name de vennen en hoogvenen op de hoge zandgronden.
https://libellenjan.wordpress.com/2020/11/21/libellen-op-het-droge/
Mijn dag in Arkemheen begon met een fikse plensbui, maar gelukkig duurde die niet al te lang. Het leverde wel mooie foto’s op van een natgeregend vrouwtje torenvalk, dat weer droog probeerde te worden.
In de Arkervaart zwom een paartje futen in winterkleed en ook een groepje kuifeenden. Terwijl ik die fotografeerde zag ik vanuit een ooghoek iets bewegen in de rietkraag aan de overkant. Dat bleek een waterral te zijn die zich uiteindelijk ook nog even vrij liet zien. Leuke verrassing!
Er zitten ook weer groepen kolganzen en brandganzen in de polder.
Langs het Nekkeveld wordt hard gewerkt aan het afvlakken van de taluds langs de sloten en vaarten, waardoor het gebied nog aantrekkelijker zal worden voor steltlopers. In de weilanden zaten nu kieviten, kemphanen, goudplevieren (te ver weg voor een foto), grote zilverreigers, smienten en wintertalingen.
Het is eind oktober als ik onderstaande foto’s maak. Langzaam begint er weer wat water te komen in de al 3 maanden droog liggende plassen.
Gelukkig begon het al vrij vroeg in de zomer weer wat te regenen, waardoor de veenmoslaag niet helemaal uitdroogde. Ook de bodem van de plas werd weer wat vochtig, maar er stond nog niet veel water. De bodem van de plas was al snel bezet door allerlei planten en soms vonden de koeien zelfs al wat om te eten.
Door de vrij hoge temperaturen blijven er nog aardig wat libellen vliegen, vooral de bruinrode heidelibel doet nog erg zijn best. Heidelibellen en pantserjuffers hebben minder last van de droogte dan andere libellen, omdat ze als eitje overwinteren. Die eitjes komen uit in het vroege voorjaar. Er staat dan weer water waarin de larven zich vrij snel ontwikkelen en na een paar maanden sluipen de libellen uit.
Ook de houtpantserjuffer is nog present en ik zag ook nog een tengere pantserjuffer: een oud mannetje, helemaal bruin.
Tot slot een bruine winterjuffer, de enige soort in het Leersumse Veld die de winter als volwassen insect doorbrengt, maar meestal ver van het water in de hei of in het bos.